Noord en Zuid

Het eiland Vágar herbergt veel van de bekendste trekpleisters van de eilandengroep. Rij richting Bøur en Gásadalur. Twee nederzettingen die door een uitzonderlijke kustroute, aan de rand van de Sørvágsfjord, verbonden zijn. Aan de voet van Gásadalur ligt de indrukwekkende waterval Múlafossur en overvallen de adembenemende vergezichten je.

Op Vagar kan je ook de spectaculaire wandeling maken naar het hangende meer via de kliffen van Sørvágsvatn.

Het eiland Eysturoy is het op één na grootste eiland van de groep. Met het pittoreske Gjógv als uitvalsbasis zijn er heel wat mogelijkheden. Via de panoramische route langs Eiði en Slættaratindur – de hoogste berg van de Faeröer – kan je mooie wandelingen maken naar de top of naar de Risin og Kellingin rotsformaties. Hier heb je waanzinnige zichten op een labyrint van fjorden, bergkammen, baaien en valleien. De kronkelende weg naar Oyndarfjørður en Gjógv, met zijn natuurlijke haven langs de rotskloof, zijn zeker de moeite waard.

De drie eilanden Borðoy – Viðoy – Kalsoy tonen andere facetten van de Faeröer.

Viðareiði is het meest noordelijk gelegen dorpje van Viðoy waaruit je een mooie wandeling kan maken met zicht over fjorden en eilandmuren. Ook een wandeling tot de vogelkliffen van Enniberg – het noordelijkste puntje van de eilandengroep en een van de hoogste kliffen op onze planeet (754 meter) – is een optie.

Borðoy is een zeer ruig eiland met langgerekte bergrug die verschillende keren ingekerfd wordt door fjorden, waarop je de tweede grootste stad van de Faeröer, Klaksvik, vindt.

Kalsoy kan je enkel per ferry bereiken en is deze boottocht zeker waard. Op dit eiland speelt de James Bond-film ‘No time to die’ zich af. De iconische vuurtoren van Kallur – beroemd dankzij de National Geographic coverfoto – ligt op het scherpe uiteinde van Kalsoy. Hier maak je bovendien kennis met het verhaal achter het standbeeld van de zeehondvrouw te Mikladalur.

Streymoy is het grootste eiland van de Faeröer eilanden. De noordelijke kant is grotendeels onbewoond, maar heeft mooie pareltjes te bieden. In de mooie baai van Tjørnuvík waan je jezelf aan het eind van de wereld. Langs de weg naar Tjørnuvík kom je ook langs de hoogste Fossa-waterval van de Faeröer. Saksun is een piepklein dorpje met fotogenieke oude huisjes met groene daken en bijhorend kerkje vlakbij een mooie rivierbedding. Vestmanna uiteindelijk is een onooglijk vissersdorpje waaruit je naar imposante kliffen kunt varen.

Tórshavn is de gezellige hoofdstad van de eilandengroep. Je slentert zo door de nauwe steegjes van Tinganes en rondom de haven. Ook op cultureel én culinair vlak valt er heel wat te ontdekken.

Vanuit Tórshavn neem je de oude bergweg richting Kirkjubøur waar je de restanten van een middeleeuwse kathedraal kan bezoeken. Hier kan je ook het oudste nog bewoonde huis van Europa terug vinden, gedeeltelijk open voor bezoekers.

Het eiland Nolsoy ligt vlak voor Tórshavn en slechts een korte ferrytocht verwijderd. Hier kan je een mooie wandeling maken tot aan de op Nolsoy gelegen vuurtoren.

Vanuit Torshavn neem je de ferry richting Suðuroy (circa 2 uur vaartijd). Onderweg naar dit desolate eiland kan je met volle teugen genieten van de uitzichten over de verschillende eilanden.

Suðuroy, wat zuidelijk eiland betekent, is een mooie aanvulling die natuurschoon, traditie en charme combineert. Als wandelaar kom je hier volop aan je trekken. Je ontdekt het meest zuidelijke punt en slingert door een landschap van stilte en schijnbaar verlaten dorpjes. Je waant je even alleen op de wereld.

Overtocht per boot van Vagar naar Mykines, een van de bekendste eilanden van het land. Dit is de meest befaamde locatie om diverse zeevogels te spotten waaronder de jan-van-gent en de papegaaiduiker. Door de strikte opvolging van natuurbehoud is Mykines maar beperkt te bezoeken en steeds onder begeleiding van een lokale gids.

Inleveren van de huurauto op de internationale luchthaven en terugvlucht naar Amsterdam.